“We zijn niet alleen”
Op zijn weg terug naar Lisa en Samuel bonsde James’ hart in zijn borstkas. Hij was vervuld van een vreemde mengeling van angst en opwinding. Toen hij terugkwam, vond hij Lisa die Samuel stevig omhelsde, haar ogen nog steeds groot van angst. “Wat was er?” vroeg ze hem. James zei eerst niets, maar antwoordde toen met een fluisterende stem: “We zijn niet alleen.”
Page 24 of 40